Waar in de jaren 80 nog vooral de ‘klassieke’ ambtenaar werd gezocht – juridisch onderlegd, nauwkeurig, politiek sensitief – zien we vanaf de jaren 90 een duidelijke kentering. Traditioneel. Bedrijfsmatig. Netwerkgericht. Tegenwoordig moet de ideale het allemaal zijn. In veertig jaar tijd is het profiel van gemeentelijke ambtenaren flink veranderd blijkt uit een studie waarin Van der Meer, Vermeeren, Kruyen en Keulemans op basis van bijna 400 vacatureteksten van 1980 tot 2020 laten zien hoe hervormingen in de publieke sector zich weerspiegelen in de gevraagde competenties.

De nieuwe ambtenaar: het schaap met de vijf poten

Tussen 1980 en 2020 is het aantal gevraagde competenties per vacature verdrievoudigd. Gemeentelijke vacatures vragen tegenwoordig zelfs het uiterste van sollicitanten: een mix van inhoudelijke kennis, ondernemend gedrag én verbindend vermogen. De soms (te)hoge eisen kunnen leiden tot het verlangen van het schaap met de vijf poten; ofwel, de perfecte kandidaat. Ook het opleidingsniveau ligt een stuk hoger dan veertig jaar geleden. Maar met die stijgende verwachtingen neemt ook het risico op ‘rolconflicten’ toe. Zijn alle genoemde competenties in vacatureteksten daadwerkelijk noodzakelijk voor het vervullen van die gemeentelijke ambtenaarsrol?

Concreet zijn in vacatureteksten is cruciaal

Volgens de auteurs kunnen HR-professionals het verschil maken in het bewaken van de balans tussen gevraagde competenties en de daadwerkelijke functie-inhoud. Hoe? Door eens kritisch te kijken naar werving, selectie én personeelsontwikkeling. Te beginnen bij het scheppen van realistische verwachtingen over de werkzaamheden van een ambtenaar en bewust om te gaan met deze stapeling van eisen, zodat ambtenaren niet verstrikt raken in tegenstrijdige verwachtingen. In de praktijk betekent dit dat HR aandacht moet geven aan het scherp formuleren van vacatureteksten. Er kan bijvoorbeeld gekeken worden naar vage woorden in vacatureteksten en deze verduidelijken. Want wat betekenen woorden als ‘flexibel’ of ‘goede communicatieve vaardigheden’ in het werkverband? Door competenties te voorzien van context – zoals gericht op interne samenwerking of juist op burgerparticipatie – wordt het voor kandidaten én managers duidelijker wat er écht gevraagd wordt. Daarmee kunnen organisaties effectiever sturen op de zogeheten persoon-organisatie fit.

Auteurs

Dr. Joëlle van der Meer is universitair docent bij de afdeling Bestuurskunde en Sociologie aan de Erasmus Universiteit
Rotterdam. Prof. dr. Brenda Vermeeren is hoogleraar bij de afdeling Bestuurskunde en Sociologie aan de Erasmus
Universiteit Rotterdam. Dr. Peter Kruyen is senior onderzoeker bij de Nederlandse Arbeidsinspectie. Ten tijde van het
onderzoek was Peter werkzaam als universitair docent bij de afdeling Bestuurskunde aan de Radboud Universiteit
Dr. Shelena Keulemans is universitair docent bij de afdeling Bestuurskunde aan de Radboud Universiteit.

Download hier de volledige pdf