Ontwikkeling, mobiliteit en taakontwerp
Werknemers moeten om verschillende redenen hun kennis en vaardigheden waardevol houden voor de arbeidsmarkt. Daarvoor zijn drie ‘verduurzamingsroutes’: ontwikkeling (je kennis aanpassen aan je baan), mobiliteit (van baan veranderen) en taak-herontwerp (je baan aanpassen aan je kennis). Laagopgeleide werknemers (Mbo 2, en dus zonder startkwalificatie) gebruiken die drie routes te weinig. Waarom? En wat is daar aan te doen?
Dit artikel laat zien dat gebrek aan competentiebeleving lager opgeleiden weerhoudt van verduurzamen van de inzetbaarheid via bijvoorbeeld scholingsdeelname of verandering van baan. Het ontbreekt hen aan voldoende vertrouwen in de eigen vaardigheden om een training succesvol af te ronden of van baan te veranderen. Positieve ervaringen met ontwikkeling blijken de competentiebeleving ten aanzien van scholing onder lager opgeleide werknemers te versterken en daarmee worden de opleidingsintentie én de kans op opleidingsdeelname groter. Hetzelfde kan gelden voor ervaringen met baanverandering. Nieuwe HR-instrumenten lijken niet nodig om lager opgeleide werknemers in beweging te brengen voor duurzame inzetbaarheid. Wel zouden bestaande HR-instrumenten toegankelijker kunnen worden gemaakt. Bijvoorbeeld door scholing en mobiliteit ‘kleiner’, minder ‘eng’ en vooral ‘leuker’ en ‘veiliger’ te maken. Dit artikel laat ook zien dat scholing niet ‘klein’ moet blijven. Alleen door deelname aan substantiële scholingstrajecten blijken lager opgeleiden van hun ervaren kennistekort te herstellen. Dat geldt zeker in organisaties waar veel wordt gereorganiseerd.